Waardering:
  • 0 stemmen - gemiddelde waardering is 0
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Korte geschiedenis
#1
Achtergrond van de naam 't eerste straotje
De Erasstraat is vernoemd naar pastoor Herman Eras, één van de initiatiefnemers voor het voormalig klooster en de afgebroken meisjesschool. Hij overleed in 1918, de Erasstraat is dus een relatief jonge naam. Daarvoor maakte deze straat uit van het buurtschap De Berndijk, en specifieker van Het Straatje. Dit duidde niet op één straat, maar op een paar straten die onderling waren verdeeld in het Eerste Straatje en het Tweede Straatje. We zien deze namen terugkomen op de huidige cultuurhistorische kaart, maar ook op de Kuyper gemeentekaart van 1867, zie het detail als bijlage. De namen van het Eerste en Tweede Straatje zijn daarop omgedraaid! Want de huidige Erasstraat heette vroeger het Eerste Straatje, en de huidige kruising van Heuvelstraat en Dreefseweg was het Tweede Straatje.

Wat verder opvalt aan de oude kaart, is dat de oude straten met lintbebouwing al duidelijk herkenbaar zijn. Afgezien van de situatie dat het handig was om aan een doorgaande route te wonen, wilde je ook graag droge voeten. Dit gebied, zeker verder naar het noorden bij Capelle, was erg nat met veel veen. Tot in de 17e eeuw is er turf gestoken in de directe omgeving, de vele vaarten van 's Gravenmoer tot Sprang zijn gegraven voor de turfschuiten. Gelukkig waren er tussen het veen ook zandruggen, waarschijnlijk overgebleven uit de ijstijd, net zoals de zandverstuivingen van de Loonse en Drunense Duinen. Op die zandruggen ontstonden dus ook vanzelf de wegen bebouwing. Dit herken je ook direct in de namen Hooge Zandschel en Lage Zandschel net ten noorden van de Erasstraat.

Over de achtergrond van de naam De Roei heb ik nog niets kunnen vinden, wie vult deze leemte in?

De (historische) bewoners
Het Straatje had geen goede naam. Na het turf steken had je weinig mogelijkheden om te bestaan, zeker als je geen land had. Velen vonden werk in ambulante beroepen, zoals stoelenmatters, scharenslijpers en schoenlappers. Dit rondtrekkend bestaan was ruig, net als de mensen. Ook had je altijd wel een mes bij je.
Later kwam er de schoenindustrie, met in de Erasstraat veel kleine fabriekjes en zelfstandigen. Ook dan was een mes best handig! Mijn moeder herinnert zich hoe na WOII de bewoners vanuit de Vûrhaai (Voor-Heide) in Oosterhout en vanuit het Straotje, het traditioneel jaarlijks samenkomen op de Dongense Kermis weer oppakten. Waarschijnlijk om te kiezen wie het mooiste mes had of zoiets.
Hoewel de scherpe kantjes er wel vanaf zijn, kenmerkt de straat zich nog steeds door een grote variëteit aan ondernemerschap. Ook zie je een grote variëteit terug in de soorten woningen, met enkele oude arbeiderswoningen, wat jaren 70-80 doorzonwoningen maar vooral veel (semi-)vrijstaande woningen en bedrijfsgebouwtjes. En natuurlijk de boerderijen, al dan niet nog operationeel. Deze variatie is nog steeds één van de kenmerken van onze straten.


Bijlagen Miniatuurweergaven
       
Antwoord


Ga naar locatie:


Gebruikers die dit topic lezen: 1 gast(en)